Het IPCC heeft in augustus een nieuw rapport uitgebracht. Leden van het IPCC zijn wetenschappers die aantoonbaar breed gedragen wetenschappelijke publicaties op hun naam moeten hebben staan. Daarmee poogt de IPCC de onafhankelijkheid te waarborgen.

Het nieuwe rapport geeft een alarmerend beeld: veel snellere en grotere stijging van de temperatuur en grotere zeespiegelstijging. Recent werd ook (met de nodige slagen om de arm) geconcludeerd dat de tegenwoordig meer voorkomende hevige regenval veroorzaakt wordt door klimaatverandering.

Voor de landbouw betekent dit dat zowel omgaan met teveel als met te weinig water steeds belangrijker wordt. Het rapport toont naast het belang van aanpassen aan de veranderende omstandigheden ook nog weer eens aan dat het nemen van maatregelen om de opwarming te beperken van het grootste belang zijn. En daar wordt in de akkerbouw ook volop aan gewerkt met o.a. minder intensieve grondbewerking en het opslaan van CO2 in de bodem.

Er lopen diverse initiatieven vanuit de landbouw over waterberging, druppelirrigatie, peilgestuurde drainage, tegengaan van verzilting enz. De gezamenlijke landbouwsector heeft een initiatief ingebracht voor het Uitvoeringsprogramma van de Waddenagenda om een zoetwaterstrategie te ontwikkelen in de noordelijke kleischil. We hebben ook ingebracht om het IPCC rapport te betrekken bij de Waddenagenda. Het lijkt immers onzinnig om te praten over doorsteken van de dijken en ontpoldering als de zeespiegelstijging veel sneller gaat dan eerder gedacht. Dan wordt het juist zaak om het land zo goed mogelijk te beschermen.