U heeft er vast al over gelezen: EU-commissaris Frans Timmermans heeft de ‘Farm to fork’ plannen (‘Boer tot bord’ strategie) gelanceerd. Dit past in de Green Deal waarbij de Europese economie in 2050 klimaatneutraal moet zijn en is feitelijk de uitwerking voor de landbouw tot 2030 binnen die Green Deal. Doel is om de milieu- en klimaatfootprint van het EU-voedselsysteem te verkleinen en tegelijkertijd de robuustheid van de voedselproductie te bevorderen, zodat voedselzekerheid gegarandeerd is. Daarbij moet de EU een mondiale transitie naar meer duurzame voedselketens leiden. Voor de akkerbouw zijn een aantal zaken relevant.

Wat betreft duurzame voedselproductie ligt de focus van de Europese Commissie (EC) op gewasbescherming en bemesting. De afgelopen vijf jaar zijn de risico’s van gewasbeschermingsmiddelen met 20% afgenomen en men wil nog eens 50% reductie bereikt hebben in 2030. Dat moet gebeuren door meer advisering over alternatieven en IPM (Integrated Pest Management), makkelijkere toelating van biologische middelen en kortere toelatingen voor chemische middelen. Ook wil de EC meer kennis over wijdere rotatie en nieuwe gewassen voor de biobased economie ontwikkelen en zich buigen over het toelaten van nieuwe veredelingstechnieken.

Wat betreft bemesting wil de EC het verlies van nutriënten, met name stikstof en fosfaat, met 20% reduceren, met instandhouding van de bodemvruchtbaarheid. Daarvoor wordt een actieplan ontwikkeld.

De positie van de boer in de keten moet worden versterkt door meer mogelijkheden tot horizontale samenwerking. De EC realiseert zich terecht dat een goed verdienmodel voor de boer de basis is voor voedselzekerheid. Verder zijn er een aantal paragrafen over de veehouderij, over voedselverspilling en over het sturen van consumenten naar een meer plantaardig dieet.

De transitie

De EC wil deze transitie bereiken door gericht onderzoeksgelden voor EU-projecten in te zetten. Verder wil men sturen via het nieuwe GLB. Men ziet ook een grote rol voor snel internet voor alle boeren, zodat precisielandbouw haalbaarder wordt. Dit moet een sterke reductie van gewasbeschermingsmiddelengebruik en bemesting mogelijk maken. En tot slot: 25% van de agrarische productie moet biologisch worden. Wat verrassend en positief is: de EC realiseert zich dat met de huidige vrijhandelsverdragen geen eisen kunnen worden gesteld aan de productiewijze van importproducten, dus de manier waarop deze verdragen zijn opgesteld moet veranderen.

Reactie NAV

De NAV vindt het goed, dat er aandacht is voor het verdienvermogen van de boeren en voor de negatieve impact van de huidige vrijhandelsverdragen. Wij zijn verheugd, dat meerdere partijen (Taskforce Verdienvermogen Kringlooplandbouw, PBL) de laatste tijd ons standpunt overnemen, dat de huidige vrijhandelsverdragen verduurzaming in de EU in de weg staan! De NAV deelt niet de ambitie om binnen 10 jaar naar 25% biologische landbouw te gaan, omdat wij menen dat de footprint per kg geoogst product in biologische landbouw groter is dan in geïntegreerde landbouw. Wel zijn we positief over het feit dat de EC zich wil inzetten voor de teelt van plantaardig eiwit in de EU, maar een kostprijsdekkende prijs is daarbij essentieel. Ook de inzet voor snellere toelating van groene gewasbeschermingsmiddelen en voor het toelaten van nieuwe veredelingstechnieken en vergemakkelijken van de registratie van nieuwe rassen is positief. De doelen zijn simpelweg niet haalbaar zonder dat eerst belemmerende regelgeving wordt opgeheven. Ook de kennisontwikkeling voor de biobased economie steunen wij, omdat deze gewassen een goede nieuwe bron van inkomsten kunnen zijn voor akkerbouwers en verruiming van het bouwplan mogelijk maken.

De bedoelingen van het plan zijn goed, maar er dreigt een tempoverschil in maatregelen: dat de afbouw van toegelaten gewasbeschermingsmiddelen toch sneller gaat dan de toelating van werkbare alternatieven. En dat vrijhandelsverdragen te laat zo worden aangepast dat we wel eisen aan de productie kunnen stellen en dus een gelijk speelveld kunnen vormen met andere handelsblokken… Indien beide zaken niet ‘met gelijktijdig oversteken’ gebeuren, verliezen wij als Europese/Nederlandse boeren de slag met importen uit Oekraïne, Canada, VS en anderen.

Essentieel bij dit alles is wel een gelijk speelveld binnen de EU en kostprijsdekkende prijzen. Veel zal afhangen van de concrete uitwerking van de plannen, daar ontbreekt het nu nog aan. De plannen zijn na te lezen via https://ec.europa.eu/food/sites/food/files/safety/docs/f2f_action-plan_2020_strategy-info_en.pdf.