De Nederlandse akkerbouw is wereldwijd toonaangevend in duurzame teelt van voedselproducten. Door groot vakmanschap, een goede kennisinfrastructuur en intensief grondgebruik is de productiviteit zeer hoog. Het gebruik van kunstmest en gewasbeschermingsmiddelen is daarbij noodzakelijk, maar ligt steeds meer onder een vergrootglas.

Uitdagingen en ambities

De belangrijke uitdagingen en ambities zijn momenteel:

  • Er is een grote druk van maatschappelijke organisaties om het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen te beperken. We hebben al veel bereikt maar we zullen onze milieuprestaties beter inzichtelijk moeten maken.
  • De klimaatverandering biedt kansen en bedreigingen. Het probleem met schimmelaantasting van onze gewassen zal toenemen, terwijl ook de extreme neerslaghoeveelheden voor grote problemen zorgen. Maar we hebben ook een oplossing in huis. Wij kunnen met onze planten CO2 vastleggen en door het verhogen van het organische stofgehalte van de grond kan ook het water beter weg.
  • Een groot gedeelte van de producten wordt afgezet op de wereldmarkt, waar niet direct een hogere prijs kan worden gevraagd voor de milieuprestaties. Er moet dus een andere manier gevonden worden om onze teelt ook economisch duurzaam te maken.

Actieplan Plantgezondheid

We willen als sector proactief richting kiezen op het gebied van duurzaam telen in plaats van steeds te moeten reageren op  ongefundeerde aanvallen van zogenaamde maatschappelijke organisaties. De NAV heeft daarvoor samen met LTO en de ketenpartijen zoals Plantum, de Nederlandse Aardappel Organisatie, Agrifirm, Cosun en anderen, onder de paraplu van de Branche Organisatie Akkerbouw het plan opgevat om actief aan de slag te gaan om de milieuprestaties van de sector te verbeteren en dit tegelijk breed uit te dragen naar de maatschappij. Dit heeft geleid tot het opstellen van het Actieplan Plantgezondheid, wat binnenkort zal worden gepresenteerd.

Doelstelling en speerpunten van het Actieplan

De ambities van het Actieplan zijn om een Nederlandse akkerbouw te realiseren die internationaal koploper is op het gebied van duurzame teeltmethoden die worden erkend en gewaardeerd door markt en maatschappij. Tevens zijn emissies naar het milieu tot een minimum beperkt en worden producten geleverd die nagenoeg residuvrij zijn. Dit alles moet economisch robuust zijn op de middellange en lange termijn.

In het Actieplan zijn een aantal speerpunten benoemd om deze ambities te verwezenlijken:

  • Weerbare teeltsystemen. Een vitale bodem zorgt voor minder ziektegevoelige planten die we met minder chemische middelen kunnen opkweken.
  • Ook met precisietechnieken kunnen we met minder gewasbeschermingsmiddellen en meststoffen hetzelfde doel bereiken.
  • Een verdere vergroening van de middelen zal de milieu-impact verminderen.
  • We moeten meer draagvlak vinden in de maatschappij door betere communicatie met de burgers en door het uitbouwen van een duurzaamheids-certificeringsprogramma.
  • We kunnen als sector meer doen aan biodiversiteit en verfraaiing van het landschap met bijv. bloemenranden.

Boeren kunnen dit niet alleen

De NAV heeft er een punt van gemaakt dat in het Actieplan heel duidelijk wordt, wat boeren zelf kunnen doen én waar zij tot nu toe worden belemmerd door overheidsregels. De overheid zal over de brug moeten komen zodat de akkerbouwsector ook daadwerkelijk de geformuleerde ambities kan waarmaken. Dit betekent concreet:

  • Versnelling van de toelating van minder schadelijke groene gewasbeschermingsmiddelen.
  • Er moet meer ruimte komen om via bemesting het organische stofgehalte van de grond te verhogen.
  • Er moeten weer financiële middelen komen om praktijkonderzoek te kunnen uitvoeren.
  • De vergroeningsregelingen zullen meer gericht moeten worden op biodiversiteit en verfraaiing van het landschap.
  • Om echt een slag te maken in het verminderen van gewasbescherming zullen de nieuwe veredelingstechnieken zoals CRISPR-Cas en ‘gene editing’, snel toegestaan moeten worden.

Hoe wordt het nu concreet?

Om echt de doelen te kunnen bereiken, zijn er een groot aantal afspraken gemaakt over wat er wanneer bereikt moet zijn. Dus niet wachten tot 2030, maar een stappenplan om tot de doelen te komen. Hieronder een greep uit de afspraken die in het actieplan zijn opgenomen:

2018      Driftarme spuittechniek, minimaal 75 % driftreductie, zal sector-breed worden toegepast.

2020      Op 25% van het akkerbouw areaal wordt de bodemgezondheid actief gemonitord. In 2030 is dit gestegen tot 75%.

2020      Tenminste 90 % van de akkerbouwers heeft een Erfemissiescan gemaakt en in 2022 is de afspoeling van het erf met 90 % verminderd t.o.v. 2017. Het spreekt vanzelf dat er vanaf nu geen veldspuiten meer buiten worden gestald!

2025      Beslissingsondersteunende systemen (BOS) en Early warning systemen worden op tenminste 25% van het areaal toegepast. In 2030 is dit gestegen naar 50 %.

Wat doet de NAV zelf nog meer?

Naast het onderschrijven van het Actieplan Plantgezondheid probeert de NAV via Twitter en Facebook actuele problemen onder de aandacht van consumenten te krijgen. Om meer begrip te krijgen in de maatschappij voor het werk van de akkerbouwers is in oktober een website gelanceerd www.akkerbouw-van-nu.nl. Hier wordt in een voor de burger begrijpelijke taal uitgelegd waarom wij ‘gif’ moeten spuiten en dat dit tegenwoordig erg milieuvriendelijk is. We leggen ook uit hoe de kostprijs van onze producten zich verhoudt tot de verkoopprijs in de winkel. En er is aandacht voor de problemen en kansen die de klimaatverandering nu al voor ons heeft.