De Europese Commissie wil de regelgeving voor o.a. het kweken en vermeerderen en verhandelen van uitgangsmateriaal (zaden, bollen en knollen) aanpassen. Momenteel is in vijftien richtlijnen een en ander geregeld. De EU wil het geheel harmoniseren en overzichtelijker maken. In de EU-voorstellen worden alle huidige richtlijnen ondergebracht in één verordening. Een verordening is dwingender dan een richtlijn en biedt de lidstaten minder beleidsvrijheid.

De wetgeving moet er voor zorgen dat telers over uitgangsmateriaal kunnen beschikken en dat kwekers een vergoeding krijgen voor de door hen geleverde inspanning. In het kwekersrecht wordt een door kweekwerkzaamheden gecreëerd nieuw ras beschermd als intellectueel eigendom van de betreffende kweker, terwijl andere kwekers wel het recht hebben om dat ras weer te gebruiken voor nieuwe kruisingen (kwekersvrijstelling). In een persbericht van 6 mei 2013 juicht Plantum (de branche-organisatie van Nederlandse kwekers- en vermeerderingsbedrijven) het door de nieuwe wetgeving ontstane meer gelijke speelveld in Europa toe.

Patent op levend materiaal
Naast de normale kwekersbescherming bestaat nog de mogelijkheid om patenten te verkrijgen op levend materiaal en dus ook op zaden en planten. Een patent is gebaseerd op de octrooiwetgeving. Het patentrecht geeft de patenthouder meer bescherming dan het kwekersrecht. Daarmee kan de vrije beschikbaarheid van materiaal voor kweekwerk in het gedrang komen. Onlangs heeft staatssecretaris Dijksma de Nederlandse octrooiwetgeving aangepast en nu kent het patentrecht in Nederland ook een (beperkte) kwekersvrijstelling. Plantum geeft in een persbericht van 12 december 2013 aan hier tevreden mee te zijn.

Kweekwerk big business
We zitten al lang niet meer in de situatie dat zaden en uitgangsmateriaal in bezit zijn van de plattelandsgemeenschap die zelf nieuwe, betere rassen probeert te kweken en vermeerderen ten behoeve van de hele gemeenschap. Tientallen jaren geleden ging een (klein) aantal boeren zich al helemaal toeleggen op dat kweekwerk en vroegen ze ook een vergoeding voor hun werk. Het is terecht dat een teler die gebruik maakt van bijvoorbeeld het zaad van een nieuw en beter tarweras een vergoeding betaalt aan het gespecialiseerde kweekbedrijf. Hierdoor kan de kweker zijn voor de toekomst van de landbouw belangrijke werk blijven doen en er voor zorgen dat er voldoende uitgangsmateriaal voor telers blijft. Het kweekwerk blijft gericht op de belangen van de teler. Inmiddels zijn echter veel kleinere kweekbedrijven overgenomen door grote multinationale ondernemingen die naast het kweekwerk bijvoorbeeld ook gewasbeschermingsmiddelen produceren. Daarmee is het kweekwerk voor de aandeelhouders vooral een verdienmodel geworden dat bij weinig concurrentie tot eenzijdige machtsverhoudingen kan leiden. De vergoeding voor het kweekwerk kan dan ook ingezet worden voor zaken die juist tegen het belang van de teler zijn, bijvoorbeeld door het ontwikkelen van hybriden waar boeren niet meer zaden van door kunnen vermeerderen.

Duizenden patenten
Door de overname van veel kleinere kweekbedrijven door multinationals is er nog maar een handjevol kweekbedrijven over. Monsanto, Bayer, Basf, Syngenta en Pioneer domineren op het ogenblik de veredeling van land- en tuinbouwgewassen. Bij elkaar hebben ze duizenden patenten op levend materiaal. De meeste van deze bedrijven fabriceren ook gewasbeschermingsmiddelen. Nu al hebben die bedrijven een heel grote invloed op de voedselproductie. Hun invloed op het voedselsysteem zal de komende jaren verder toenemen. Vroeger was het kweekwerk vooral gericht op het verbeteren van rassen en vooral in het belang van telers. Nu loert het gevaar dat kweekwerk meer en meer big business wordt en de voornaamste drijfveer voor geld verdienen voor de aandeelhouders. Het doel snel geld verdienen met kweekwerk staat haaks op het ideaal dat de producent en de consument de grootste invloed moeten hebben op de voedselproductie.

Kwekersrecht
De nieuwe EU-wet- en regelgeving probeert het kwekersrecht en de beschikbaarheid van uitgangsmateriaal zo goed mogelijk te regelen. In die zin zal de nieuwe wetgeving voor de gemiddelde Nederlandse akkerbouwer weinig veranderen. Door aangescherpte regels rond plantgezondheid zal het voor kleine kweekbedrijven nog lastiger worden om te overleven. In de nieuwe wetgeving wordt de mogelijkheid om patent te krijgen op een ras ingeperkt, maar er kan wel een patent worden verkregen op een bepaald gen in een plant. Grote kweekbedrijven zijn druk doende een marker gen in een plant in te bouwen. Naast het nuttige gebruik om gerichter te kunnen selecteren biedt deze techniek ook de mogelijkheid om enkel ingebouwde raseigenschappen te kunnen herkennen om daarvoor een fee(vergoeding) te ontvangen.

Boerenverzet
De Europese Commissie heeft haar voorstellen aan het Europees Parlement voorgelegd. Er zijn al duizenden amendementen ingediend en daarmee begint een onduidelijke situatie te ontstaan. De machtige multinationale kweek- annex chemiebedrijven zijn krachtig aan het lobbyen om meer ruimte te krijgen voor patenten en genetische modificatie. De Europese boerenbeweging Via Campesina organiseert met een groot aantal andere organisaties op 20 januari in Brussel een manifestatie om weerstand tegen deze lobby te bieden. Doel: voorkomen dat de macht nog verder verschuift van de gebruiker van zaad naar multinationals. Het is niet in het belang van boeren (en consumenten) dat de ruimte die de nieuwe voorstellen al bieden aan kweekbedrijven nog verder wordt vergroot. De manifestatie gaat vooraf aan het debat in het Europees Parlement op 21 januari over dit onderwerp. De NAV ondersteunt de actie gericht op het voorkomen dat wereldwijd opererende veredelingsbedrijven nog meer macht krijgen.

NAV, 4 januari 2014