Boeren horen tot de eerst getroffenen bij klimaatveranderingen. Ze kunnen echter ook een belangrijke bijdrage leveren bij het oplossen van het klimaatprobleem.
Om die twee redenen besloot Via Campesina Internationaal aanwezig en zichtbaar te zijn tijdens de klimaatconferentie die in december in Kopenhagen werd gehouden. NAV-er Joop de Koeijer, tevens lid van de European Coordination Via Campesina, geeft zijn indrukken.

De groene shawls, vlaggen en spandoeken met het Via Campesina-beeldmerk kleuren de demonstraties en bijeenkomsten. In de demonstraties gaat het spandoek ‘Boerenlandbouw kan de aarde doen afkoelen’ voorop. Het wordt gedragen door een Congolese, naast een Braziliaanse, een Koreaanse, een Thaise, een Canadese en vertegenwoordigers uit Bangla Desh, Indonesië, Haïti, Mozambique en Spanje. De kleurrijke en met slogans luidruchtige stoet van ruim honderd mensen, roept veel positieve reacties van het publiek en mededemonstranten op. Tijdens het meelopen besef ik hoe groot de diversiteit is. De Europese Via Campesina-organisaties zijn over het algemeen betrekkelijk jong en ontstaan uit onvrede met de liberale koers van de gevestigde organisaties. De organisaties uit het Zuiden vertegenwoordigen soms miljoenen mensen (India, Indonesië) en hebben een geschiedenis die veelal teruggaat tot de koloniale tijd. Het verschil in cultuur, in strijdbaarheid is zichtbaar en hoorbaar.

Top van het volk
Behalve een aantal mensen in het gebouw van de officiële onderhandelingen is de Via Campesina-ploeg vooral aanwezig bij de ‘top van het volk’, een tegenconferentie voor en door allerlei groeperingen. In zelf of door bijvoorbeeld Friends of the Earth georganiseerde bijeenkomsten zijn getuigenissen te horen over de gevolgen van klimaatveranderingen en de ‘valse oplossingen’ voor het probleem. In het Zuiden leeft het gevoel van onrechtvaardigheid, dat men daar de gevolgen ondervindt van wat door het Noorden is veroorzaakt. Tot de ‘valse oplossingen’ hoort bijvoorbeeld de aanleg van palmolieplantages voor biobrandstof voor de markt in het Noorden. Het Indonesische voorbeeld: een gebied van ruim 10.000 ha wordt ontgonnen, de mensen die er een vorm van bestaan hadden moeten vertrekken en elders hun heil zoeken. De regionale voedselvoorziening verslechtert, de voor de gedupeerden beloofde compensatie komt er niet en protesten daartegen worden hardhandig onderdrukt. De multinational die de plantage aanlegt beurt geld uit de emissiehandel. Dit terwijl de CO2-balans van de hele onderneming waarschijnlijk negatief is, als je het verlies aan organische stof bij de ontginning meetelt.

Stap voorwaarts
De topconferentie levert onvoldoende resultaten op. Maar optimisten zien het toch als een stap voorwaarts: het klimaatvraagstuk kan alleen in internationaal verband aangepakt. En dat geeft ons de tijd om de stelling ‘Boerenlandbouw kan de aarde doen afkoelen’ ook voor de Europese landbouw uit te werken en tot concrete voorstellen te brengen.

(De IKON-radio heeft een reportage over de trip van Joop de Koeijer gemaakt. Deze is terug te luisteren via de site van de IKON onder ‘Andere wereld’)

NAV, 12 januari 2010