De chaos nu compleet bij het mestbeleid

Het kan u niet ontgaan zijn dat de situatie rondom het mestbeleid in een complete chaos is veranderd de afgelopen weken. De NAV heeft al sinds oktober 2021 gewaarschuwd dat wetgeving die per 1 januari ingaat, bij akkerbouwers bekend moet zijn uiterlijk 1 juli van het jaar daarvoor. Immers, dan begint bij ons al het teeltseizoen voor het volgende jaar met plannen, zaad bestellen, contracten afsluiten en inzaaien van de wintergewassen. Zowel het nieuwe GLB als het 7e Actieprogramma Nitraat waren veel te laat bekend, namelijk pas in de herfst van 2022. De motie van de Tweede Kamer om rekening te houden met het voor ons al lopende teeltseizoen werd met brede steun aangenomen en wij vonden dat terecht. Dat heeft niks te maken met ‘geitenpaadjes’ of ‘niet willen’, maar met praktische haalbaarheid. Afijn, u weet hoe het afgelopen is: het overgangsjaar is door de Europese Commissie verboden en nu worden de bufferstroken en vanggewassen (op zand en löss)  met stoom en kokend water ingevoerd per 1 maart a.s..

Bufferstroken en vanggewassen versneld ingevoerd

Minister Adema was vanwege alle commotie alleen donderdagavond op de Grüne Woche. Wat wel positief was, is dat het ministerie in allerijl een technische briefing organiseerde op die vrijdagmiddag voor de sector, voordat de Kamerbrief de deur uit ging. De NAV heeft eerst een korte verklaring op de website gezet toen de minister terug naar Nederland bleek te zijn gegaan, en een tweede na de technische briefing.

In de technische briefing werd duidelijk, dat voor akkerbouwers een aantal zaken verandert. Ten eerste gaan de wettelijk verplichte bufferstroken dit jaar al in i.p.v. in 2024. U mag wel op de bufferstroken het ingezaaide gewas laten staan: de bufferstroken zijn geen teeltvrije zones maar mogen niet bemest worden. Dit jaar mag er nog wel gewasbescherming op worden uitgevoerd. In het GLB staan de bufferstroken al vanaf dit jaar als GLMC 4 en GLMC 10. U had eerst de mogelijkheid hier niet aan te voldoen en de korting op de betaling voor lief te nemen, maar dat kan dus nu niet meer, de bufferstroken zijn verplicht.

Ten tweede gaat ook de verplichting om op zand en löss vóór 1 oktober een vanggewas in te zaaien dit jaar al in, tenzij u een gewas teelt van de lijst wintergewassen (zie onder). Als u niet inzaait voor 1 oktober wordt u volgend jaar gekort in de gebruiksruimte, maar hoeveel precies is nog niet duidelijk.

Wat sowieso al in zou gaan dit jaar is de latere datum vanaf wanneer men mest mag uitrijden: deze is veranderd van 15 februari naar 15 maart, tenzij u een gewas van de lijst vroege gewassen teelt.

Gewaslijsten

Er zijn in het 7e Actieprogramma vier gewaslijsten. We geven u een overzicht van de stand van zaken.

  1. Lijst vroege gewassen: er mag pas vanaf 15 maart i.p.v. vanaf 15 februari drijfmest worden uitgereden. Uitzondering vormen de gewassen die op deze lijst staan, die mogen alsnog vanaf 15 februari worden bemest. De lijst heeft open gestaan voor consultatie in de zomer. Het ministerie heeft ons bezworen dat de definitieve lijst bekend is vóór 15 februari. Let op, voor deze gewassen dient u dan wel ontheffing aan te vragen om vóór 15 maart te mogen bemesten. Dit moet straks eenvoudig kunnen in Mijn Percelen.
  2. Lijst rustgewassen: deze heeft ook in de zomer open gestaan voor consultatie. De NAV heeft gevraagd om soja toe te voegen aan de lijst. Ook deze lijst wordt naar het er nu uitziet vóór 15 februari gepubliceerd.
  3. Lijst vanggewassen: op zand en löss is het met ingang van dit jaar verplicht om voor 1 oktober een vanggewas in te zaaien, anders wordt men het volgende jaar tot max. 20%  gekort op de stikstofgebruiksruimte. De lijst vanggewassen heeft open gestaan voor consultatie in november. Het is nog niet duidelijk wanneer deze lijst definitief wordt.
  4. Lijst wintergewassen: deze lijst hangt samen met de regel over verplichte inzaai vanggewassen voor 1 oktober op zand en löss. Wanneer men de gewassen op deze lijst teelt, hoeft men niet voor 1 oktober een vanggewas te zaaien. Ook deze lijst heeft in november open gestaan voor reacties. De NAV heeft drie categorieën aardappelen, cichorei, vlas en hennep aangedragen om toe te voegen aan de lijst. Het is zeer urgent om de definitieve lijst zo snel mogelijk te publiceren. Vooral voor de contractteelten moet snel duidelijkheid komen!

 

Verontreinigde gebieden

De minister heeft drie nieuwe met nutriënten verontreinigde gebieden (NV-gebieden) aangewezen: de waterschappen Noord-Hollands Noorderkwartier, Delfland en Brabantse Delta. Hier zijn extra maatregelen nodig om de waterkwaliteit te verbeteren. Of er nog beperkingen komen voor het gebruik van kunstmest of dierlijke mest voor de akkerbouw binnen deze gebieden wordt nog onderzocht. Binnen twee weken hopen we hier meer duidelijkheid over te krijgen vanuit LNV.

Conclusie NAV

Het is uiterst merkwaardig dat Tjeerd de Groot van D66 de informatie uit Brussel eerder had dan de minister. Verder bevreemdt het ons, dat het zo lang geduurd heeft voordat dit werd gedeeld met de boeren en de Tweede Kamer. Aan de andere kant, de minister heeft eerder geprobeerd om rekening te houden met de landbouwpraktijk, om te voorkomen dat vooral voor de akkerbouw deze snelle implementatie te grote gevolgen zou hebben. Uiteindelijk heeft dus het dreigement uit Brussel om de derogatie voor veehouders per direct in te trekken i.p.v. af te bouwen vooral de maatregelen gericht op de akkerbouw naar voren gehaald. Het is zaak deze gevolgen nog enigszins te beperken door echt binnen enkele weken met de definitieve gewaslijsten te komen. We gaan er van uit dat het ministerie zich houdt aan een eerder gedane toezegging dat goed onderbouwde zienswijzen worden gehonoreerd.