In december zijn de laatste onderhandelingen geweest over de Richtlijn Oneerlijke Handelspraktijken in de EU. Om alles af te ronden voordat het voorzitterschap van de EU wisselt per 1 januari is zeer intensief onderhandeld. Onverwacht zijn er op het laatste moment nog een aantal handelspraktijken toegevoegd aan de acht die al in de richtlijn stonden (zie deze website onder marktmacht):

  • Producenten hebben recht op een geschreven contract;
  • Het eisen van betaling van diensten die niet zijn geleverd door de afnemer is verboden;
  • Afnemers mogen geen vertrouwelijke gegevens gebruiken;
  • Afnemers mogen niet dreigen met represailles;
  • Afnemers mogen geen geld eisen voor afhandelen van klachten;
  • Afnemers mogen geen advertentiekosten doorberekenen aan de producenten.

Bovendien is het mogelijk geworden dat derden (o.a. belangenbehartigers zoals de NAV) de klacht indienen i.p.v. de boer zelf, zodat anonimiteit beter kan worden gewaarborgd. De richtlijn geldt voor bedrijven tot een omzet van 350 miljoen en voor producenten en bedrijven zowel binnen als buiten de EU. Nu een en ander definitief is gemaakt, zijn alle lidstaten verplicht dit binnen twee jaar in nationale wetgeving op te nemen.