Op 13 oktober jl. is het voorstel voor het 6e Actieprogramma Nitraatrichtlijn ter inzage gelegd. Tot 24 november a.s. kunnen hierover zienswijzen worden ingediend bij het Ministerie van Economische Zaken. Er zijn diverse aanpassingen ten opzichte van het 5e Actieprogramma voor wat betreft de akkerbouw:

Halvering N-gebruiksnorm voor groenbemesters, vanaf 1-1-2019

Uitbreiding groenbemesterpakket met graszaadstoppel

Hogere N-gebruiksnorm voor veldbeemd

Tijdelijke voortzetting equivalente maatregelen en de biet/friet regeling

Verfijning fosfaatklassen en herziening van de fosfaatgebruiksnormen vanaf 1-1-2020, hogere normen voor de klassen ‘laag’ en ‘neutraal’, lagere normen voor klasse ‘hoog’:

 Fosfaatklassen en -normen voor de periode 2018-2021
  2018-2019 2020-2021
Bouwland Pw kg/ha kg/ha
hoog >55 50 40(*)
neutraal (tot 2020) 36-55 60
neutraal (vanaf 2020) 36-45 70
ruimvoldoende (vanaf 2020) 41-55 60
laag 25-35 75 80
fosfaat arm en -fixerend <25 120 120

(*): maximaal 45 kg indien 20 kg fosfaat is aangewend middels meststoffen met hoog organisch stofgehalte.

Invoering fosfaat kentallen PAL en P-CaCl2 (nu al toegepast bij grasland), vanaf 1-1-2021

Verplichte rijenbemesting (kunst-en drijfmest) in mais op zand en löss, vanaf 1-1-2021

Verplichte onderzaai van vanggewas in mais op zand en löss of een vorstbestendig vanggewas wat voor 21 september is ingezaaid, vanaf 1-1-2021

Verplicht vanggewas na aardappelteelt op zuidelijk zand en löss, vanaf 1-1-2019

Verschuiving uitrijperiode drijfmest met 2 weken, vanaf 1-1-2019

Voorkoming afspoeling in ruggenteelt op klei en löss, vanaf 1-1-2021

Daarnaast is er verder geen aanscherping van de N-gebruiksnormen voorgesteld en kan op Texel en in de Veenkolonieën gebruik worden gemaakt van de vrijstelling stuifbestrijding. Ook zijn er speciale maatregelen en worden projecten gestart om de uitspoeling van nitraat in drinkwatergebieden te reduceren. Tevens worden er regionale analyses opgezet voor de waterkwaliteit, welke indien nodig, kunnen resulteren in extra bufferstroken.

In de voorstellen van het 6e Actieprogramma worden wijzigingen in de fosfaat-gebruiksnormen voorgesteld. De NAV heeft in het afgelopen jaar in diverse zienswijzen gepleit voor extra fosfaattoepassing (verhoging gebruiksnormen klasse ‘laag’, hetgeen ten dele is opgenomen in het 6e Actieprogramma) en daarnaast ook voor een goede feitenanalyse (bronnen, modellen, metingen en normen) betreffende fosfaat in het oppervlaktewater (eutrofiëring). Zolang met name een goede onderbouwing van de diverse bronnenbijdragen ontbreekt, is een juist toegepast eutrofiëringsbeleid niet uitvoerbaar. En rijst de vraag in hoeverre het toepassen van de huidige evenwichtsbemestingsroute een juiste is. Het uitstellen van de invoering van nieuwe fosfaatkentallen (PAL en P-CaCl2) past in deze. De feitenanalyses worden nu doorgeschoven naar de stroomgebieds-analyses in 2018 in de Kader Richtlijn Water. Bij de start van het 6e Actieprogramma zijn er dus nog geen correcte fosfaatuitgangspunten zoals wij beschreven in het juli-nummer van dit blad.