De Raad van State heeft de uitspraak van Rechtbank Noord-Nederland van 12 februari 2016 gegrond verklaard en besloten dat het akkerland tussen en rondom de Oude en Nieuwe Bildtdijk terecht is aangewezen tot beschermd dorpsgezicht. Daarmee zijn de argumenten van de Nederlandse Akkerbouw Vakbond (NAV), Het Friesch Grondbezit en LTO Noord dat de akkerbouwerbedrijven in dit gebied op slot gezet worden van tafel geveegd.

Steeds wordt het argument gehanteerd, ook door deze regering, dat het huidige bestemmingsplan al voldoende bescherming biedt en er geen beperkingen optreden. Daarmee is de noodzaak tot terugdraaien van het besluit volgens de Raad van State niet nodig. Dat het huidige bestemmingsplan niet beperkend is hebben wij ook nooit betwist, waar het om gaat is dat de aanwijzing bepalend zal zijn voor alle toekomstige bestemmingsplannen in dit gebied. De ministers van OCW en van I&M hebben in hun verweer aangegeven dat zij de laatste jaren terughoudend zijn in aanwijzingen van beschermde dorpsgezichten omdat de bestemmingsplannen in het algemeen meer bescherming bieden dan vroeger. Dat ze dan tegelijkertijd de aanwijzing in Het Bildt wel doen, wijst er volgens ons op dat zij juist hier wel zorgen hebben over toekomstige bestemmingsplannen en daar hun stempel op willen drukken. De Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed heeft ook aangegeven dat zij de toekomstige ontwikkelingen zoals wij die hebben geschetst, zoals kleine kasjes voor opkweek van aardappelen uit zaad, zonnepanelen om in eigen energie te voorzien etc., ongewenst vinden en juist willen tegenhouden met de aanwijzing. Dat dit niet door de Raad van State is erkend als sterk belemmerende factor voor de toekomst van de boerenbedrijven in dit gebied vinden wij onbegrijpelijk.

Minister Bussemaker heeft afgelopen week toegezegd samen met de agrarische sector, gemeente Het Bildt en de provincie Fryslân een protocol op te willen stellen over de agrarische bedrijfsvoering in het gebied. Wij nemen die handschoen op en maken ons hard voor het behoud van voldoende ontwikkelingsmogelijkheden voor de boeren in het gebied.