De afgelopen weken zijn in diverse Europese landen boeren in actie gekomen tegen de lage opbrengstprijzen van hun producten. Varkenshouders en melkveehouders stellen, dat ze op dit moment bij lange na niet de kostprijs voor hun producten ontvangen. Zij eisen van vooral de retail betere prijzen voor hun producten en verlangen steun van de overheid om deze crisissituatie aan te pakken.

Akkerbouwers en tuinders worden wel vaker met lage tot zeer lage prijzen van hun producten geconfronteerd. De lage aardappelprijzen op de vrije markt, die een groot deel van het seizoen minder dan een kwart van de kostprijs bedroegen, liggen iedereen nog vers in het geheugen. En de gevolgen daarvan voor de liquiditeitspositie zullen de meeste akkerbouwers nog dagelijks ondervinden. Dus dat boeren aandacht vragen voor hun penibele situatie is terecht. En dat de prijzen die boeren ontvangen voor hun producten structureel te laag zijn om voor de toekomst een gezonde en duurzame landbouw te garanderen is iets waar de NAV al langer op wijst.

Hoe komen we uit de huidige crisis?
De NAV ziet de huidige situatie niet als een crisis, een incident, maar als een structureel gevolg van het huidige landbouwbeleid. In een volledig vrije (wereld)markt zullen primaire producenten nooit een structureel renderende prijs voor hun producten ontvangen, omdat het feitelijk en door de mededingingswetgeving onmogelijk is vraag en aanbod op elkaar af te stemmen. Hiervoor is een overheid nodig, die bereid is zo nodig te reguleren en boeren de mogelijkheid biedt onderling afspraken te maken over productievolume, prijs en kwaliteit. Voor een structurele oplossing is dus een fundamentele verandering van het beleid nodig. De NAV pleit hier al jarenlang voor en misschien dat de huidige ‘crisis’ kan leiden tot meer medestanders.

Wat kunnen boeren nu doen?
Een fundamentele beleidsverandering is niet morgen gerealiseerd. Kunnen boeren dan alleen afwachten? Zeker niet! Om een betere marktpositie te krijgen is kracht nodig, iets wat individueel in de markt opererende boeren niet hebben. Een bundeling van krachten kan al een minder afhankelijke positie geven, zoals samen leveringscontracten afsluiten, betere voorwaarden bedingen en zelf een rekening schrijven in plaats van afwachten tot de afnemer de afrekening stuurt. Hoe meer boeren daadwerkelijk in actie komen om hun positie te versterken, hoe meer de samenleving ook bereid zal zijn het landbouw- en voedselbeleid in goede richting bij te stellen. De acties van de afgelopen tijd kunnen helpen om de samenleving duidelijk te maken dat er echt iets helemaal mis is. Maar die acties moeten niet het einde zijn van wat boeren ondernemen, maar juist het begin van een fundamentele wijziging van hoe boeren de afzet van hun producten regelen. Mensen hebben iedere dag voedsel nodig en dat produceren wij! Boer en burger hebben elkaar nodig.
6 en 7 september: Acties in Brussel. Voor details zie: Manifestatie boerenlandbouw

NAV, 5 september 2015