De plantaardige sector wil nu graag duidelijkheid omtrent de invoering van de equivalente maatregelen. Sinds vorig jaar zijn LTO en NAV al bezig met dit dossier en sinds eind maart liggen de plannen bij het Ministerie en is het wachten op een definitief antwoord.

Om nog met terugwerkende kracht per 1 januari 2015 gebruik te kunnen maken van extra aanvoerruimte van stikstof en fosfaat moeten agrariërs binnenkort beslissingen kunnen nemen. De equivalente maatregelen bieden de mogelijkheid om op bedrijfsniveau extra aanvoerruimte voor stikstof en fosfaat te kunnen creëren zonder dat er meer verliezen zijn naar het milieu. Extra aanvoerruimte moet mogelijk zijn, naast de bodemvoorraad, bij bovengemiddelde opbrengsten, omdat er dan ook bovengemiddelde onttrekking plaatsvindt. Daarnaast kan een beperkt gebruik van uitspoeling-gevoelige drijfmest ook extra aanvoerruimte bieden voor kunstmest of mineraalconcentraat. Vooral de extra aanvoerruimte voor fosfaat op gronden met een pw-toestand lager dan 55 voor zowel zand als klei is een belangrijk onderdeel om de teruglopende fosfaatgehaltes in de bodem een halt toe te roepen (zie ook de recente publicaties van BLGG). De NAV heeft hiervoor vorig najaar al uitvoerig gewaarschuwd met rekenkundige voorbeelden. Daarnaast hebben de zandgronden op dit moment nog geen stikstofdifferentiatiemogelijkheden bij hoge gewasopbrengsten, zoals bij de klei. Met de equivalente maatregelen moet hier ook meer maatwerk mogelijk zijn. De staatssecretaris is nu aan zet en de tijd dringt.

NAV, 4 juli 2015